Allereerst: van harte gefeliciteerd met het 10 jarig bestaan van Arts en Leefstijl. Het thema ‘10 Jaar Leefstijl Natuurlijk’ was in het begin echt niet zo natuurlijk.
Niet alleen vanuit een financieel-economisch perspectief, maar juist vanuit een sociaal-maatschappelijk perspectief is een gezonde leefstijl belangrijk. Want wie wil niet gezond ouder worden?
Een gezonde leefstijl, leerde ik van mijn zus. Mijn zus had toen ze jong was vreselijke buikkrampen en geen dokter die hier iets aan kon doen. Ze verdiepte zich in voeding en experimenteerde hiermee. Het ging steeds beter met haar. Als jonger zusje maakte dat indruk op mij.
Voeding doet ertoe maar ook bewegen.
Ik sportte en speelde op straat. De gymzaal was mijn tempel. Ik wilde graag turntrainer worden, want turnen was mijn alles. Maar in de puberteit veranderde mijn lichaam sterk en kon ik als turnster niet meer op hoog niveau presteren. Niet alleen werd ik hard geconfronteerd met mijn veranderende lichaam, ook werd ik uitgesloten van de specialisatie turnen. Ja, op basis van de opvatting dat ik te dik was, niet op basis van mijn kwaliteiten als trainster. Gelukkig was ik weerbaar en is mijn loopbaan in de sportsector goed verlopen.
Kansengelijkheid komt niet vanzelf. Ook ik heb daar hard voor moeten werken. Mijn ouders met weinig opleiding en inkomen en 5 kinderen hadden het niet breed. Ik behoor inmiddels tot de rijkeren en ben hoogopgeleid. De gemiddelde leeftijd waarop mijn ouders overleden is 72. Rijk en goed opgeleide mensen leven, aldus wetenschappers, 6 jaar langer en 15 jaar langer in goede gezondheid. Mijn voortekenen zijn goed, de test op mijn sportschool gaf aan dat ik een fysieke leeftijd van 48 heb. Ik heb dus goede hoop dat ik in goede gezondheid minstens 78 word. Maar hoe onrechtvaardig is het, dat de kans om gezond ouder te worden afhangt van je sociale klasse en de leefomgeving waarin je opgroeit en ouder wordt. Daarom vraag ik met mijn initiatiefnota over een gezonde toekomst en een gezonde leefstijl aandacht van de politiek om samen met anderen te zorgen dat iedereen in goede gezondheid ouder kan worden. Dat is niet alleen een individuele keuze. Het is ook een collectieve verantwoordelijkheid van ons allemaal
Een gezonde leefstijl.
Natuurlijk maken we ons zorgen over de coronapandemie die iedereen treft. Vooral mensen met overgewicht worden ernstig ziek. De WHO waarschuwde 10 jaar geleden al voor een pandemie die velen mensen het leven kost: bewegingsarmoede. Die bewegingsarmoede leidt in combinatie met ongezond eten en slecht slapen tot inactiviteit en tot ernstig overgewicht. Het is belangrijk verstandige keuzes te maken voor het verbeteren van de volksgezondheid.
Ik richt me met name op universele preventie, voor iedereen, en op gerichte preventie voor doelgroepen. In mijn nota noem ik dertig beslispunten, die ik niet allemaal met u zal delen. Goede gezondheid door middel van preventie organiseer je zo dicht mogelijk bij de mensen. In de straat, in de wijk en in de regio. Daarvoor is wel steun nodig van de overheid. Om te weten hoe je Nederland gezonder wilt maken, moet je met concrete doelstellingen werken. Daarom stel ik voor dat de regering op wetenschappelijke basisdoelstellingen formuleert hoe gezond Nederland moet zijn. Als we weten hoe (on)gezond Nederland is en welke ambitie we samen voor Nederland hebben, kunnen we op basis daarvan de effecten van al die initiatieven die we nu nemen monitoren en evalueren, beleid aanpassen en implementeren. Maar de overheid moet slim implementeren beter leren.
Ik pleit vooral voor een integrale aanpak, want Nederland gezonder maken vraagt om inspanning op het gebied van gezonde leefomstandigheden. Ook departementen zoals ruimtelijke ordening, woonbeleid, onderwijs en kinderopvang, faciliteren van sport en bewegen, werk en economie hebben invloed op ons welzijn en de publieke gezondheid.
We snakken naar een samenhang tussen klimaatakkoord, sportakkoord en preventieakkoord. De urgentie is groot maar de uitwerking van de verschillende akkoorden botsen met de ambities voor een betere publieke gezondheid. De staatssecretaris wilde er nog niet aan, maar ik pleit voor een nationaal rapporteur die ervoor zorgt dat effectieve preventieprogramma’s overal waar nodig ingezet worden en gemonitord worden. Naast het voorstel om gezondheidsbevordering in de wet publieke gezondheid vast te leggen, vind ik het belangrijk dat de GGD’en een cruciale rol spelen bij de uitvoering van duurzame preventieprogramma’s.
Een goede data-infrastructuur helpt bij het inzichtelijke maken van de grootse uitdagingen. Het is anekdotisch dat Follow The Money door middel van data-onderzoek in de Jeugdzorg constateert dat er geen landelijk data-overzicht is van de uitgaven. Dit lijkt me nou net een voorbeeld waar gemeenten, provincie en rijk samen verantwoordelijkheid zouden moeten nemen.
Bij de GGD’en is ervaring over geboorte en kraamzorg voor een goede start. Naast het regelen van structurele begeleiding van de eerste 1000 dagen van een kind, stel ik voor om ook de jeugdgezondheidszorg te verankeren in de Wet Publieke Gezondheidszorg, omdat kinderen ongeacht de plaats waar ze opgroeien recht hebben op een gezonde start. Door de vele werkbezoeken die ik gedaan heb, werd het me ook duidelijk dat er veel initiatieven, al dan niet door de overheid gesubsidieerd, de weg vinden naar de wijk, buurt of regio. Door deze projectmatige aanpak en afhankelijkheid van incidentele subsidies is het met de duurzaamheid, dus de langere termijneffecten van de interventies, soms droevig gesteld. Goede initiatieven stoppen weer vanwege het eindigen van de projectsubsidie of de interesse van een nieuw verkozen bestuurder of politicus.
Als tijdrebel -iemand die zich verzet tegen een kortzichtig tijdbesef, stel ik voor dat we door middel van living labs, dat wil zeggen langlopend experimenten in verschillende omgevingen, duurzame leefstijlveranderingen implementeren, monitoren en bijstellen. Die labs gaan verder dan termijnen van de politiek.
Een gezonde leefstijl, gaat natuurlijk ook over gezond eten. Over voeding doe ik concrete voorstellen voor de industrie en supermarkten. Een suikertax, verlaging van BTW op groenten en fruit. Ook ben ik voor een strengere reclamecode gericht op kinderen. Helaas is het me niet gelukt om het doel van Transitiecoalitie Voedsel, om meer plantaardige in plaats van dierlijke eiwitten te eten, in mijn nota op te nemen. Bij dezen roep ik hier alsnog toe op, want als we de wereldbevolking in 2050 nog willen blijven voorzien van voldoende eiwitten zullen we in moeten zetten op meer plantaardige eiwitten.
Ik vraag de overheid alvast het goede voorbeeld te geven door bedrijfsrestaurants te stimuleren 80% duurzaam en gezond eten in te kopen. Ik ben blij dat mijn provinciaal bestuur in Groningen het goede voorbeeld geeft.
Een gezonde leefstijl.
Natuurlijk, moeten we inzetten op meer bewegen. De afgelopen 10 jaar zijn kinderen 50% minder gaan bewegen en is hun bewegingsvaardigheid zorgelijk afgenomen. Onze publieke voorzieningen dagen niet uit om te bewegen. Met plezier heb ik maandagavond de inleiding van Ad de Bont gevolgd. In mijn nota pleit ik ervoor dat voorzieningen als scholen zorginstellingen, sport- en recreatiefaciliteiten in en rondom de stad veiliger en beweegvriendelijker ingericht worden. Ik ben een groot voorstander van de rijke schooldag. Met goede voor- en naschoolse opvang kunnen alle kinderen een gezonde lunch krijgen en kennismaken met verschillende sporten en buiten spelen.
Laten we werken aan de gezonde stad. Laten we leren van Rotterdam die aantrekkelijke wandelroutes aanlegt, van Groningen als fietsvriendelijke stad en Amsterdam en Apeldoorn die uitblinken in vooruitstrevende projecten als Gezond en Bewegend.
Het zijn mooie lokale sport- en vitaliteitsplannen waar we van kunnen leren. Zo leert het onderzoek in Lelystad dat elke euro die geïnvesteerd wordt in sport en bewegen 2,5 keer zoveel aan maatschappelijke waarde oplevert.
Een gezonde leefstijl.
Natuurlijk merk ik als ambassadeur van Partnerschap Overgewicht Nederland dat niet iedereen vindt dat een ongezonde leefstijl de meest voorkomende oorzaak is van obesitas. Obesitas is een complexe ziekte en er is vaak een combinatie met psychische, medicamenteuze en/of hormonale oorzaken. Echter wetenschappelijk is aangetoond dat het grote deel van de mensen met een te hoge BMI of buikomvang dit te danken heeft aan een ongezonde leefstijl. Die leefstijl wordt vaak beïnvloed door zaken als schuldenproblematiek, armoede, eenzaamheid, verminderde participatie, laaggeletterdheid.
Er zijn dus veel factoren die afvallen juist tegenwerken en het overgewicht daarmee in stand houden. Vaak leggen we de verantwoordelijk neer bij het gedrag van het individu, maar zoals eerder gesteld vind ik dat de overheid de collectieve verantwoordelijkheid voor een gezonder Nederland te veel aan individuen overlaat. Ik ken de worsteling van velen die graag willen afvallen maar het niet op eigen kracht voor elkaar krijgen. Het is nog een moeilijk bespreekbaar onderwerp. Ik krijg daarover reacties op twitter. “Ik bepaal zelf wel wat ik eet en jij bepaalt niet hoe ik eruit moet zien”. Nee, dat bepaal ik zeker niet en zou ik ook niet willen. Het gaat mij niet om de vorm, de buitenkant, ik ken heel veel mooie lieve inspirerende mensen die er anders uitzien dan ik. Gelukkig maar. Maar er zijn ook mensen met obesitas die worstelen met hun gewicht. Zij trekken zich steeds verder terug uit de samenleving. Niemand is gebaat bij een sociaal isolement en eenzaamheid. Ook dat levert gezondheidsproblemen op. Dat doet pijn. Laten we elkaar wat minder de maat nemen. Ik gun iedereen een gezonde toekomst en een vitaal leven.
Tenslotte, de Gecombineerde Leefstijl Interventie (GLI) is een belangrijke interventie en is zorg gerelateerde interventie. Goed om mensen te helpen weer vitaler en gezonder te worden. Maar hoe zorgen we ervoor dat iemand geen GLI-traject nodig heeft?
Met mijn verhaal heb ik u proberen te vertellen wat we nog meer kunnen doen. U heeft inspirerende break-outsessies kunnen volgen. Ik kan niet anders dan benadrukken hoe belangrijk het is om samen te werken, kennis en ervaring te delen met respect voor elkaars expertise. Zonder gewichtigdoenerij, moeten we voor ogen houden hoe onze kinderen, kleinkinderen en volgende generaties nog een fijn leven kunnen hebben op deze planeet.
Ik dank u wel.